Roos Paris en Frank Jonker over het belang van neuropsychologisch onderzoek binnen de forensische psychiatrie
-
In de podcast Knoester & Kwint vertellen Roos Paris (GZ-psycholoog) en Frank Jonker (klinisch neuropsycholoog) bij Van der Hoeven Kliniek over het belang van neuropsychologisch onderzoek (NPO) binnen de forensische psychiatrie, en in het bijzonder binnen de tbs.
Een NPO brengt cognitieve functies in kaart, zoals geheugen, impulscontrole en sociale cognitie. Dit geeft inzicht in hoe iemand denkt, beslissingen neemt en reageert op zijn omgeving. Waar DSM-classificaties vooral symptomen beschrijven, laat een NPO zien wat er ‘onder de motorkap’ gebeurt.
Binnen tbs ligt de focus vaak op risicotaxatie: het inschatten van herhalingsgevaar. Maar risicotaxatie-instrumenten zoals de HKT-30 en HCR-20 kijken niet naar cognitieve beperkingen. En juist die kunnen van grote invloed zijn op gedrag en behandelresultaten bij een patiënt.
Een treffend voorbeeld uit de podcast: een patiënt zat al 20 jaar in behandeling, werkte goed mee, maar boekte weinig vooruitgang. Pas na een NPO bleek dat hij ernstige beperkingen had in sociale cognitie. Dankzij dit inzicht kon het behandelteam de aanpak aanpassen — met realistischere doelen en meer perspectief voor patiënt én team.
Toch blijkt uit onderzoek dat NPO’s nog niet standaard worden ingezet binnen de tbs. Dat is zorgelijk, zeker gezien het hoge aantal mensen met niet-aangeboren hersenletsel (35–50%) in forensische populaties, tegenover slechts 5% in de algemene bevolking.
De oproep van Paris en Jonker is duidelijk: maak neuropsychologie een vast onderdeel van de forensische zorg. Niet als vervanging van psychiatrische diagnostiek, maar als waardevolle aanvulling. Zo werken we samen aan effectievere behandeling, succesvolle resocialisatie en een veiligere samenleving.